De muzikale reünisten
Woensdag 20 Oktober 2010 om 22:41Enige tijd geleden maakte ik een logje over de Bugel
Inmiddels hebben we al twee vrijdagavonden met elkaar geoefend. De eerste avond was het geweldig om elkaar na zoveel jaar weer te zien en te spreken. Het gekwebbel was dan ook niet van de lucht. Het speet ons dat de dirigent het sein gaf om te beginnen met de repetitie. De dirigent, hier breed glimlachend, heeft heel veel geduld met ons. Daarnaast helpt hij ons op een humoristische manier.
Iedere tien minuten riep er wel iemand: "Pauze"!. Behalve musiceren wilden we verder gaan met bijkletsen.
Het is hard werken zo met elkaar. De meeste van ons hebben tientallen jaren niet meer geblazen. Diegene die vroeger met bolle wangen bliezen doen dat nog steeds...
Grijze baard mag en rode koontjes ook.
Met behulp van een mondstuk op de lippen of met behulp van een rietje tussen de lippen...
De althoornblazers.
De bas en vier trombones.
Een klein mondstuk is hard werken, maar zo'n grote ook hoor.
Vroeger waren we gewend dat er een grote trommelslager was, die tevens de bekken sloeg en daarbij was er een slagwerker op de kleine trom.
Tegenwoordig doet een slagwerker deze drie dingen tegelijk. Het valt onze reünist vies tegen om nu alle drie dingen tegelijk te moeten doen en het is nog wel een vrouw.
Een bijzondere uitvoering van een schuiftrombone.
De inzet is geweldig, iedereen zet zijn of haar beste beentje voor.
En zo door de jaren heen komt er een leesbril aan een touwtje bij.
De eerste partij. Een tandje erbij voor de hoge tonen.
Op de voorgrond de noeste handen van een veeboer. Als kind wilde ik altijd met een boer trouwen. De eigenaar van deze noeste handen was mijn eerste grote liefde of beter gezegd, we waren elkaars eerste grote liefde. We waren maar liefst tien jaar oud...Hij zat op een katholieke school in een ander dorp en ik op een christelijke nationale school in ons dorp. We communiceerden met elkaar door middel van briefjes. Zijn buurjongen, die in mijn klas zat, fungeerde als postbode. We hadden een foto van elkaar. In de winter schaatsten we, soms heimelijk elkaars hand vasthoudend, rondjes op de ijsbaan. We hebben zelfs elkaar nog nooit één kusje durven te geven. Toch leuk om elkaar dan weer te spreken en die herinneringen op te halen.
Het is een hele klus voor de dirigent om deze club de muziekstukken te leren. Met name het tellen van de maten, het naar elkaar luisteren, het kijken naar de dirigent en het op tempo spelen, valt vaak niet mee.
En dit is onze toekomst. Joris en zijn grote broer waren de tweede avond eventjes mee als publiek.
De grote broer lijkt het niets om zelf te spelen op een muziekinstrument, hij jongleert liever met een voetbal.
Kleine Joris speelt echter al zijn deuntje mee.