Tijdens ons verblijf op de Veluwe brachten we ook een bezoek aan park De Hoge Veluwe. We kozen voor de parkentree
in Schaarsbergen. Daar stapten we op de witte fiets ...
...en fietsten we 10 kilometer tegen de wind in naar het noorden. Het was prachtig weer en de fietstocht was heel mooi. We hadden naast de mooie fietstocht nog een ander doel voor ogen, namelijk een bezoek aan het Kröller-Müller museum.
Het voert te ver om al dat moois uit het museum hier te laten zien, toch wil ik wel één foto laten zien die ik mooi vind. Het is een foto van David Bowie, gemaakt in 1980 door Anton Corbijn. Corbijn is Nederlands beroemdste popfotograaf. In zijn kenmerkende sfeervolle, grofkorrelige stijl heeft hij ook tal van andere beroemdheden uit de wereld van film, kunst en cultuur gepotretteerd en zich daarnaast ontpopt als regisseur van videoclips en speelfims.
Het museum wordt overspoeld met scholieren, met bussen vol komen ze aan. Scholen krijgen namelijk flinke korting op de entreeprijs. Ook onze zoon bracht vorig jaar een bezoek aan dit museum.
Het is wel zinvol om de scholieren met een opdracht het museum in te sturen, want anders kijken ze meer op hun mobieltje dan naar de kunstwerken.
Deze opdracht is vast verzonnen door de tekenleraar.
Inmiddels zijn we aangekomen in de zaal met werken van Vincent van Gogh. De suppoosten houden alles nauwlettend in de gaten.
In 2015 herdenken verschillende Europese steden het 125ste sterfjaar van Vincent van Gogh met bijzondere tentoonstellingen en culturele evenementen rond het thema: '125 jaar inspiratie'
Vincent van Gogh is geboren in Zundert in 1853 en gestorven in Auvers-sur-Oise in 1890.
Onderwerp op onderstaand schilderij: "Knotwilgen bij zonsondergang", maart 1888.
Ik heb van de gelegenheid gebruik gemaakt om een schilderij te maken.
Het was nog een hele klus om de juiste kleuren te mengen voor het gewenste resultaat.
Men mag niet met een (foto)rugtas in het museum. Aangezien ik al mijn spullen in die rugtas had gestopt was dat wel lastig. De rugtas en jas kan men afgeven bij de garderobejuffrouw. Men krijgt dan keurig een bewijs van het haakje waar de jas hangt. De rugtas echter wordt gewoon bovenop een rek gelegd. Vervolgens kan iedere bezoeker zeggen dat het zijn of haar rugtas is. Die methode leek mij niet echt veilig. Om die reden heb ik mijn jas maar om mijn middel geknoopt met en de waardevolle spullen in de jaszakken gestopt. De fotocamera hing om mijn nek en in dit geval dus even om de nek van mijn eega.
Maar dat even terzijde, we gaan weer verder met het Van Gogh schilderij.
Het resultaat kreeg ik via de e-mail toegestuurd. Zelfs Van Gogh vind het: "Verrassend".
Toch lijkt het me beter dat ik me maar bezig blijf houden met "Schrijven met licht" in plaats van het schilderen met een penseel.
Het was vandaag een prachtige dag en we verbleven de hele dag op het terras nabij de vijver. Aangezien ik toch niet stil kan zitten pakte ik al snel mijn camera met macro-objectief en knielde ik aan de rand van de vijver. Er vlogen talrijke juffers rond in paringshouding. Ze zaten voornamlijk op de waterlelie in het midden van de vijver. Eenmaal trof ik het dat een paartje vuurjuffers vlakbij neerstreek. Het was echter maar van korte duur, ik kon er welgeteld één foto van maken.
Aan de waterplanten in onze vijver hangen vele kleine "monstertjes". Het zijn de overblijfselen van larven van een waterjuffers.
Na het uitsluipen duurt het een tijdje voordat ze weg kunen vliegen en daar heb ik dankbaar gebruik van gemaakt.
Bij enkele soorten zet de waterjuffer haar eitjes af, door met een legboor gaatjes te maken in waterplanten, waarin de langwerpige eitjes worden gestopt. Bij andere soorten vindt afzet van ronde eitjes plaats in de modder, net onder het wateroppervlak of door verstrooiing over het water.
De larven van juffers blijven van enkele weken tot een maand onder water. De larven zijn ca. 2 cm lang en hebben drie veerachtige ademhalingskieuwen aan het achtereind waarmee ze ook zwemmen door ermee te slingeren. Het zijn zeer vraatzuchtige roofdieren en jagen op alle kleine waterdiertjes. De larven zelf worden gegeten door vissen, kikkers, waterinsecten en door grotere soortgenoten. Na een aantal stadia van vervelling, kruipen de larven uit het water omhoog langs bijvoorbeeld een bladstengel en begint de zogenaamde uitsluiping. Op deze site staat een mooie fotoserie van dat uitsluipen.
Deze juffer was al wat verder in het stadium van uitsluipen. Ik vond het lastig om deze een naam te geven, ik ga er namelijk van uit dat deze nog niet op kleur is.
Toen ik met mijn zus aan het fotograferen was in De Weerribben, zagen we gele lissen met zwarte beestjes. Door de macrolens zag ik al dat het om een snuitkever ging en van snuitkevers hebben we vele soorten, zie hier.
Dit was ook de site die ik gebruikte voor het determineren. Al scrollend kwam ik onze snuitkever tegen. (Snuit)kevers worden vaak genoemd naar de waardplant. In dit geval ging het om een lissnuitkever.
Terwijl ik met mijn macrolens over de lis stond gebogen, landde er een hommel.
De lissnuitkevers trokken zich daar niets van aan en gingen rustig verder met waar ze mee bezig waren.
Deze foto's zijn gemaakt op de warme eerste pinksterdag. Sinds die dag hebben we ook niet zo'n mooie dag weer gehad. Vanmiddag begon het gelukkig weer op de zomer te lijken en ook voor de komende dagen beloven ze zomerse temperaturen.
We blijven nog even in het Woldlakebos. Terwijl we op jacht waren naar libellen en juffers, postte vlak bij ons in het riet een rietzanger. We hebben met bewondering naar het gezang geluisterd. Ondertussen maakte ik een aantal foto's.
Een rietzanger is qua uiterlijk een onopvallende vogel. Hij heeft dezelfde kleur als het riet en daarbij gaat het vogeltje zich ook nog eens verschuilen in het riet. Het is daardoor lastig om dit vogeltje op de gevoelige plaat vast te leggen.
Je moet dan net geluk hebben dat hij een rietstengel kiest waaabij je vrij zicht hebt op het vogeltje. Bij alle foto's moest ik wel flink inzoomen. De foto's zijn met twee verschillende camera's gemaakt.
Om echt een indruk te krijgen van de rietzanger moet je toch wel zijn repertoire horen.
Van de grote ogen van dit kleine mannetje ga ik naar de grote ogen van de roodoogjuffer. Op de ochtend dat ik al om 7 uur rondliep door De Weerribben ontmoette ik even na 8 uur mijn zus. We hadden deze onmoeting niet gepland maar het is niet zo verwonderlijk dat ik haar daar zou treffen. Ik wandelde tenslotte in "haar achtertuin" en zij maakt de meeste ochtenden een wandeling in of nabij het Woldlakebos. Zie kaartje Google maps
De naam Woldlakebos is enigszins misleidend, het gebied bestaat maar voor een klein gedeelte uit bos en voor een groot gedeelte uit open vlakten op laagveen. Er lopen een aantal brede sloten door dit gebied en rond die sloten is het een el dorado voor vlinders, libellen en juffers. Mijn zus kent daar ook precies de plekjes waar je moet zijn als je libellen en juffers wilt fotograferen. Libellen zien betekent nog niet dat je ze ook eenvoudig kunt vastleggen, niet iedereen is bereid om te poseren.
We stuitten op een juffer die verscholen was in het hoge gras, het bleek om een vrouwtje roodoogjuffer te gaan.
Dat het om een grote roodoogjuffer gaat en niet om de kleine, is lastig vast te stellen. Ze lijken sprekend op elkaar, alleen de eerste genoemde is iets groter dan de andere.
De roodoogjuffer en ik scharrelden een tijdje om elkaar heen.
Onderwijl liep ik te morren dat ik mijn macro-objectief thuis had laten liggen. Ik had namelijk die ochtend gekozen voor een telezoom op mijn body. Ik kan nu eenmaal niet alles meesjouwen, want dan houd ik geen nek en schouders meer over.
Deze macro's maakte ik met mijn handzame Sony. Ik heb respect voor de mensen die foto's van vliegende beestjes maken met een dergelijke camera. Ik vind het geen sinecure, maar ik ben dan ook een echte "zoekerfotograaf".
Ook hier leert weer dat een voortdurende tekencontrole gewenst is. Na een uurtje daar rondstruinen met de (aangelijnde) Kelev ontdekten we dat hij minimaal 5 teken bij zich droeg.
Jetske | ¶8 reacties